In mijn studiejaren maakte ik voor het eerst kennis met ideeën over leren en samenleven. Ik werkte toen als vrijwilliger bij een taalproject voor anderstaligen en laaggeletterden. Daar ontdekte ik dat leren vaak een ontdekkingsreis is om een wereld te ontcijferen die soms ver van ons af staat.
Veel mensen voelen dat het tijd is voor verandering. In onze wereld lijkt alles om geld te draaien, en dat heeft ook invloed op hoe we met elkaar omgaan. Het gebrek aan een visie op de samenleving en de alomtegenwoordige marktwerking hebben iets totalitairs. Alle publieke voorzieningen zijn verpakt in een verdienmodel. Het lijkt alsof geld en winst de enige maatstaven zijn geworden voor succes, ten koste van menselijke waardigheid en gemeenschapszin.
Maar wat als we eens anders gaan denken?
Samen met jou wil ik graag op ontdekkingstocht gaan naar nieuwe manieren van samenleven. Daarvoor wil ik twee bijzondere denkers naar voren halen: Roemi, een oude Perzische dichter, en Paulo Freire, een bekende Braziliaanse onderwijskundige en spirituele activist. We gaan hun ideeën bekijken door de bril van Deleuze, een filosoof die ons leert anders te denken. Zo ontdekken we hoe Roemi en Freire ons kunnen inspireren tot nieuwe manieren van samenwerken en groeien.
Een belangrijk begrip in onze zoektocht is de ‘Deleuziaanse nomade’. Dit betekent eigenlijk dat we altijd blijven zoeken en veranderen, net als nomaden die altijd onderweg zijn. Freire gebruikt deze aanpak al in zijn ideeën over samenwerking, en Roemi voegt er een spirituele dimensie aan toe.
Maar hoe ziet dat er in de praktijk uit? Als iemand die gelooft in spiritueel activisme, stel ik voor om een ‘denkbeeldige leerweg’ te gebruiken. Dat klinkt misschien ingewikkeld, maar eigenlijk betekent het gewoon dat we op een menselijke manier met elkaar omgaan, ruimte bieden voor groei en samen leren. We kunnen daarbij steunen op Roemi’s ideeën over verlichting en Freire’s manier van samenwerken.
Deze denkbeeldige leerweg gaat verder dan gewoon leren. Het moedigt aan om altijd kritisch te blijven en te blijven groeien, net zoals nomaden altijd onderweg zijn. Zo kunnen we nieuwe manieren vinden om samen te werken, terwijl we ook leren en denken over het effect van geld verdienen. Een samenleving die uitgaat van gelijkwaardigheid en inclusie is geen vaststaand gegeven, maar een open boek waar we onlosmakelijk deel van uitmaken. Het is niet bedoeld als een gesloten boek doortrokken van heimwee naar een verloren eenheid. Deze eenheid kan, zoals Roemi zegt, telkens opnieuw ontdekt worden als een verborgen schat. Het tegengaan van maatschappelijke onderdrukking van de menselijke maat vraagt om een radicaal andere aanpak. Veel mensen durven de onderdrukkende structuren van de burgerlijke maatschappij eigenlijk niet meer te benoemen, omdat ze bang zijn voor radicaal uitgemaakt te worden. Het is veiliger om een gematigde toon aan te nemen, compromissen te sluiten en de status quo te handhaven. Het is de onderdrukker in ons die kiest voor deze schijnzekerheid. Daarom moet de onderdrukker eerst ‘uit de woning gezet worden’, uit het bewustzijn van de onderdrukten.
‘Aangezien wijsheid de loslopende kameel is
van de gelovige,
herkent hij haar feilloos
wanneer iemand het erover heeft.
Hoe kan hij wanneer hij er oog in oog mee staat
enige twijfel koesteren?
Hoe kan hij zich vergissen?’
Uit: Roemi, Daglicht (M. II:3591‑3592)
Roemi’s woorden raken aan een diepe waarheid die ons uitnodigt om te reflecteren op onze eigen zoektocht naar wijsheid en groei. Ze herinneren ons eraan dat wijsheid niet het exclusieve eigendom is van een autoriteit of alleen iets is om over na te denken, maar ook om zelf in de praktijk te brengen.
‘Het idee dat alleen hoop de wereld zal transformeren, en acties ondernomen in die naïviteit, leidt vaak tot hopeloosheid, pessimisme en fatalisme. Aan de andere kant is het streven om de wereld te verbeteren zonder hoop, alsof dit slechts kan worden bereikt door berekende daden of een puur wetenschappelijke benadering, een oppervlakkige illusie.’
Paolo Freire benadrukt hier het belang van hoop als drijvende kracht voor verandering. Hij waarschuwt echter dat hoop alleen niet genoeg is om de wereld te transformeren. Als mensen acties ondernemen met de naïeve verwachting dat hoop op zichzelf voldoende is om problemen op te lossen, kan dit juist leiden tot gevoelens van hopeloosheid, pessimisme en fatalisme wanneer de gewenste veranderingen niet onmiddellijk plaatsvinden.
Aan de andere kant waarschuwt Freire ook voor het tegenovergestelde: het streven om de wereld te verbeteren zonder hoop kan leiden tot een gebrek aan motivatie en vastberadenheid. Wanneer mensen geloven dat verbeteringen alleen mogelijk zijn door strikt berekende daden of een strikt wetenschappelijke benadering, negeren ze vaak de kracht van hoop als een bron van inspiratie en veerkracht. Dit kan resulteren in een oppervlakkige kijk op verandering, die niet volledig recht doet aan de complexiteit van menselijke interacties en maatschappelijke dynamieken.
Roemi en Freire hebben elk krachtige ideeën die ons kunnen helpen groeien. Roemi zegt dat we ons ego moeten overstijgen om innerlijke verlichting te vinden. Freire benadrukt samenwerking en dialoog om sociale problemen aan te pakken. Door deze twee benaderingen te combineren, kunnen we een proces creëren waarbij we samenwerken om zowel persoonlijke als maatschappelijke obstakels te overwinnen. Dit betekent praten over onze uitdagingen, nadenken over wie we zijn, en samen actie ondernemen om verandering te brengen. Het draait allemaal om groei, zowel individueel als samen.
Als we ons laten leiden door deze inzichten, kunnen we nieuwe manieren vinden om samen te leven en te werken. We kunnen streven naar een wereld waarin we elkaar respecteren en ondersteunen in onze zoektocht naar waarheid en betekenis.
Ik wil je daarom uitnodigen om hieronder je ideeën voor een betere samenleving achter te laten omdat dit de zaden en wortelstokken kunnen zijn die aansluiten op de wereld die ons omringt.
Aan deze inhoudsrijke woorden voeg ik graag de suggestie van Lao Zi toe om oog te hebben voor hoe – in elke situatie van leven
(werkelijkheid, bestaan, natuur) – water altijd naar de vallei stroomt, en vanuit die ervaring de keus te maken hóe mee te stromen. Ook dit is beeldspraak: om – zonder hinderlijke pretenties – de goede werking en gang te vinden en te gaan.
Dank je wel Boudewijn voor je bespiegelingen. Roemi gebruikt het beeld van het water dat het laagste punt zoekt veelvuldig: ‘Waar pijn is volgt de remedie — het water stroomt altijd naar het laagland.’ Een hint naar de genade die volgt op nederigheid. (Uit: Daglicht M. II:1940) Sjams van Tabriz zegt: ‘Alle profeten kennen elkaar’ misschien hoort Laozi daar dan ook bij.