Luister naar het klagende geluid van deze rietfluit,
hoor hoe hij vertelt over de scheiding:
Sinds ik van het rietveld werd afgesneden,
heeft mijn klacht man en vrouw tot tranen toe geroerd.
Ik smacht naar een hart dat wordt verscheurd door de scheiding
om het deelgenoot te kunnen maken van de pijn van het verlangen.
Dit zijn de eerste drie versregels die Roemi op een papiertje had opgeschreven en in de tuinen van Meram voorlas aan zijn leerling Hoesam-od-din. Wie had kunnen denken dat deze inspiratie van de rietfluit zo lang zou doorstromen dat het een 25.000 verzen tellend leerdicht, de Masnawi, zou worden, waarin mensen van heinde en ver tot op de dag van vandaag betekenis, kracht en troost vinden. Je kunt je afvragen wat de dichter hiertoe heeft aangezet… Sommige Roemi-kenners zijn van mening dat hij Soera-al Qassas (Het verhaal) als uitgangspunt heeft genomen. De soera uit de koran gaat over profeetschap in het algemeen en meer specifiek over het verhaal van Mozes uit de bijbel. De boodschap lijkt te zijn: Geef hen iets om te overdenken. Het kernthema: Bevrijd je uit de wereld van aantrekking en doe wat de geest (roeh) je ingeeft. Het gaat over onderscheidingsvermogen en het lot van de mens. In wezen wijst Roemi naar zichzelf, naar de mens, als hij zegt: ‘Luister naar deze rietfluit.’
Ze zijn allen te zien in jezelf – Mozes en Jezus,
Abraham en Noach, Adam en Eva, Asiya en de anti-Christ,
Chizr en Elia, Farao en Nimrod.
Je kunt ze allen in jezelf zien. Je bent een oneindige wereld.
Wat stellen daar hemel en aarde voor?
De hemelen en de aarde kunnen Mij niet bevatten,
alleen het hart van Mijn trouwe dienaar is daarvoor groot genoeg.
Je vindt Mij niet in de hemelen en niet op de troon.
Leer, omdat je om te kunnen spreken
eerst moet kunnen luisteren,
spreken door te luisteren.
Onlangs zag ik een bericht op Facebook van een beroemde ney-speler. Hij vertelde dat hij na afloop van een concert door de toehoorders werd teruggeroepen voor een toegift. Deze duurde, zonder dat hij het in de gaten had, anderhalf uur, terwijl hij dacht dat het twintig minuten was. Helemaal in lijn met bovenstaande gedachte was zijn conclusie: ‘De luisterende mens maakt openbaring en betekenis mogelijk…..’
Al probeer je iemand op allerlei manieren te waarschuwen,
goede raad vraagt om een luisterend oor.
Je kunt je in duizend bochten wringen, maar wie niet wil luisteren,
slaat je goede raad in de wind.
Eén iemand die halsstarrig weigert te luisteren,
tart een honderdtal goede sprekers.
Wie zijn overtuigender en zoetgevooisder
in hun raadgevingen dan de profeten,
wier woorden zelfs indruk achterlaten op stenen?
Toch werden mensen
die de werkelijkheid niet wilden erkennen
niet van hun ketenen bevrijd
door dat wat bergen en stenen bewoog.
Een hart dat door egoïsme wordt beheerst,
wordt aangeduid als harder dan steen.
De remedie voor zijn hart zijn de geschenken van iemand
die iets in beweging kan zetten.
Ontvankelijkheid is geen noodzakelijke voorwaarde
voor Gods overvloed,
nee, Gods overvloed is de noodzakelijke voorwaarde
voor ontvankelijkheid.
Overvloed is de kern, ontvankelijkheid het omhulsel.