Hypocrisie of huichelarij is een veelvuldig terugkerend thema in de Perzische mystiek, met name in het werk van Hāfez. Wat houdt hypocrisie eigenlijk in en wat voor betekenis geeft Hāfez eraan? Hypocrisie is dat je iets voorwendt met betrekking tot geloof, gevoel, moraal of deugd zonder dat je daar volledig achter staat. Het is ook het bekritiseren van anderen op grond van normen en waarden die je zelf niet in praktijk brengt. Volgens Carl Gustav Jung (1875-1961) komt hypocrisie voort uit het onderdrukken van verlangens en impulsen. Zo zegt deze professor in de dieptepsychologie bijvoorbeeld: ‘Het is onder alle omstandigheden te verkiezen je persoonlijkheid in zijn geheel te aanvaarden. Anders steken de onderdrukte aspecten alleen maar ergens anders de kop op en vormen een belemmering, niet alleen op een of andere onbelangrijke plek, maar juist op de plek waar we het meest gevoelig zijn. Als mensen kunnen leren hun eigen schaduwkant te zien, mag je hopen dat ze ook hun medemens beter gaan begrijpen en liefhebben. Een beetje minder hypocrisie en een beetje meer zelfkennis kan onze medemens alleen maar ten goede komen. We zijn maar al te zeer geneigd de medemens de onrechtvaardigheid en het geweld toe te dichten die we onszelf aandoen.’ (Jung, C.G., Two Essays on Analytical Psychology, Routledge, London, 1992).
Zo wordt uiterlijk vertoon in naam van het geloof in de soefimystiek gezien als een vorm van hypocrisie. Geloven in een spirituele werkelijkheid was voor Hāfez meer dan het hebben van een identiteit, en dat wilde hij ook als een hāfez uitdragen. Door gehecht te zijn aan identiteit, nationaliteit, autoriteit, reputatie of goede naam raak je als mens de verbinding kwijt met je spirituele bron. De hypocrisie waar Hāfez in zijn gedichten naar verwijst heeft meestal betrekking op schijnzekerheden die zorgen voor een gevoel van trots en het idee dat je belangrijk bent. Meestal richt hij zijn pijlen op de valse vroomheid van de officiële religieuze autoriteiten, maar zelfs bij soefi’s die zich onderling hebben verdeeld in groepen en zich daarachter verschuilen of daar iets aan willen ontlenen, zet hij vraagtekens.